DISCLAIMER: Dit artikel werd nog niet redactioneel bewerkt en daarom kan de kwaliteit ontoereikend zijn.

Label(s)

- geen labels gekoppeld.
Betekenis

koster, kerbewaarder
uitspraak: swiss, swies

herkomst: Frans Suisse, naar analogie met de "Garde Suisse" van het Vaticaan. Dit waren oorspronkelijk Zwitserse huursoldaten die de Paus beschermden.
etymologie: suisse "ordebewaarder in kerken" 1895 < frans suisse (eig.: Zwitser) van Middelhoogduits Switz (Zwitserland), naar Schwyz, één van de kantons.

Suisse is de volkstaal voor kerkbaljuw of kerkwachter,
kerkbewaarder, kerkpolitie, man die instond voor de orde in de kerk (Limburgs Etymologisch Woordenboek)

Van Dale online 2015:

  1. voormalige ordebewaarder in katholieke kerken, gewoonlijk in uniform, met staf of hellebaard en een bandelier (komt nog wel voor als erefunctie, ter opluistering van plechtigheden)
    synoniem: kerkwachter

Kerkbaljuw
De suisse van de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek te Tongeren

Publicatiegegevens
Suggestie door
onbekend
Redacteur
onbekend
Eindredacteur
onbekend
Publicatiedatum
20/07/2021
Laatste bewerking
09/10/2025

De swiss droeg normaal een zwart kostuum en had een staf in de hand waarmee hij bv. op de grond tokte wanneer men moest rechtstaan of terug mocht gaan zitten.

Maasland: "Kiek oe_t doa kump de swies!"

Tot midden jaren 70 kon men in de kerk van Herenthout een swiss tegenkomen. Als die met zijne stok op de vloer bonste werd iedereen muisstil.

De “suiss” in de kerk deden mee met erediensten (droegen bv. vaandels) en moesten vroeger ook orde houden wanneer mensen teveel babbelden tijdens de mis (ze hadden daarvoor een stok om de mensen op de schouder te tikken). Deze mannen waren lid van de kerkgemeenschap en bestuurden de kerk mee, samen met de pastoor en behoorden tot de “notabelen” van de het dorp (bv. welstellende winkeliers).